Libanon Update

Google
 
Web libanon-update.blogspot.com

Overzicht van de gebeurtenissen in Libanon nadat Hezbollah twee Israëlische soldaten gevangen heeft genomen.

woensdag, augustus 30, 2006

En meer grappen

De grappen beginnen goed op gang te komen. Hier zijn er nog een paar:

Nu Libanon miljarden dollars toegezegd krijgt voor de wederopbouw, heeft de Egyptische president direct bevolen om 6 Israëliërs te kidnappen.

De Palestijnse vluchtelingen in Libanon zijn erg boos op hun Hamas regering: alle buitenlanders werden gerepatrieerd, waarom zij niet?

En de leukste: Een Jood komt aan op Schiphol. "Occupation?", vraagt de douane. "No, tourism" is het antwoord :-)


En hier nog een plaatje dat laat zien wat het Axe effect kan doen:

maandag, augustus 28, 2006

En nog een plaatje


Dit zijn zo de plaatjes en grappen die via e-mail de ronde doen.

Keep on walking


De bekende Keep on Walking poster van Johnny Walker, nu in de Libanese versie.

Uitgaan in Beiroet, het kan weer

Gisteravond bij terugkomst in Beiroet, stelde Brigitte voor om uit eten te gaan in het centrum van Beiroet. Gezellig, een romantische tête-à tête na alle stress van de oorlog. En ook om te zien hoe het uitgaansleven er bij staat. Maar dat viel nog zwaar tegen. Er was vrijwel niemand. Waar normaal gesproken de restaurants en cafés bomvol zitten, waren er nu twee, soms drie tafels bezet per restaurant. Veel plaatsen waren gesloten, de eigenaren vonden het blijkbaar niet de moeite waar om open te zijn voor een handvol gasten.

In het Italiaanse restaurant waar wij heen gingen, Scoozi genaamd, zaten welgeteld nog vier andere mensen. Normaal kom je daar zonder reservering haast niet binnen. Ook ontbraken veel producten op het menu omdat de grondstoffen, zoals verse mozzarella, niet meer worden aangeleverd.

Het plein in het centrum was omgebouwd tot een tijdelijke tentoonstelling ter nagedachtenis van alle kinderen die zijn omgekomen door het Israëlische geweld. Veel heftige foto’s en pakkende slagzinnen zoals:

“In Qana verrichte Jezus zijn eerste wonder,
En Israël haar tweede bloedbad”

“Verniel ons niet!
Help ons niet!”

“Straaljager versus kind”

Enzovoort.

Beetje deprimerend om al die foto’s van dode kinderen te zien. Natuurlijk valt de frustratie over de zinloze Israëlische slachtpartijen goed te begrijpen, maar of het uitgaanscentrum van Beiroet nu de aangewezen plek is om dergelijke foto’s op te hangen? Zo ga je niet gezellig uit.

Op de terugweg nog even door de twee andere uitgaansgebieden gereden: Gemayzeh en Monot. In beide plaatsen waren redelijk wat cafés en restaurants open (met name in Gemayzeh), maar druk was het er niet. Terwijl de normaal gesproken stapvoets moet rijden en vaak stilstaat, waren we nu zo ongeveer de enige passant.

Oeps!

Hezbollah leider Nasrallah heeft gisteren in een TV interview gezegd dat Hezbollah nooit de twee Israëlische soldaten zou hebben ontvoerd, als hij zou hebben geweten, al was het maar voor 1%, hoe heftig Israël ging reageren. Ook zei hij dat de Libanezen zich voorlopig geen zorgen hoeven te maken over een tweede ronde, want Hezbollah zal er alles aan doen om die te voorkomen.

Het is interessant om te zien dat Nasrallah het klaarblijkelijk nodig vond om zijn excuses aan te bieden voor alle vernielingen en al het persoonlijk leed in Libanon. Enerzijds is Hezbollah in een overwinningsroes, dus waarom je verontschuldigen, anderzijds lijkt het alsof alle sjiieten Hezbollah volop steunen, dus opnieuw, waarom sorry?

De enige reden moet haast wel zijn dat Nasrallah heeft beseft dat de overige bevolkingsgroepen, voornamelijk christenen en sunni moslims, het hem erg kwalijk nemen dat hij het land zo roekeloos aan de rand van de afgrond heeft gebracht. Ook heeft Hezbollah veel internationale steun in de Arabische wereld verloren door haar avontuur.

Blijft natuurlijk de kritiek overeind die Michael Young al een paar weken geleden uitte (en ook hier op dit blog valt terug te lezen) dat Hezbollah een zeer groot risico nam op basis van een schijnbaar onbekende uitkomst. En dan nog: had Hezbollah echt niet de heftigheid van Israëls reactie kunnen voorzien? Immers, een paar weken daarvoor werd één soldaat in Gaza ontvoerd en grootschalig geweld brak daar uit. Het lag voor de hand eenzelfde soort reactie te verwachten mocht Hezbollah dezelfde stunt zou herhalen.

Maar goed, positief is in ieder geval dat Nasrallah zich bewust lijkt te zijn van andere groeperingen in Libanon en dat hij gecommitteerd lijkt aan de wapenstilstand. Dat is op de korte termijn pure winst en hopelijk vertaalt zich dit in duurzame vrede op de langere termijn.

Als vanouds: weekendje Qartaba

Vrijdag na afloop van ons werk zijn we weer naar Qartaba gegaan om traditiegetrouw het weekend daar door te brengen. Weinig verkeer op de weg en dat kwam goed uit zodat er weinig vertraging was bij de kapotgeschoten bruggen die we moesten passeren. Er ging het gerucht dat de benzine weer op is, dus opnieuw lange rijen voor de benzinestations en veel stations waren al uitverkocht.

Tja, de onzekerheid zal nog wel even voortduren. Dit gerucht schijnt te maken te hebben met een schip vol benzine dat niet kan afmeren vanwege de blokkade. Dat geeft ook wel de geestestoestand van de gemiddelde Libanees een beetje aan: één schip wordt niet toegelaten en een heel land in paniek. Men is nog erg zenuwachtig en alles wordt direct negatief uitgelegd.

In ieder geval, door de paniek dus weinig mensen op de weg. Dat was een geluk bij een ongeluk, want we waren een beetje bezorgd over de extra reistijden vanwege de gebombardeerde bruggen. Gelukkig hoef je maar twee kapotte bruggen over naar Qartaba. De weghelften naar het noorden toe waren haast niet beschadigd en zijn zo goed als hersteld; die naar het zuiden toe zijn nog steeds in puin en dat zal nog wel even gaan duren ook. Ze zijn bezig om een nieuwe parallelweg aan te leggen om het verkeer beter op te vangen. Nu wordt al het verkeer in zuidelijke richting via de oude kustweg geleid en dat levert veel vertraging op.

Qartaba was weer in originele staat teruggekeerd: hoewel er meer mensen zijn dan normaal, was het weer redelijk rustig. Brigitte was het weekend druk bezig met de voorbereidingen voor het hoogtepunt van Qartaba: het festival ter ere van Sint Thérèse. De overgrootvader van Brigitte heeft indertijd een kerkje opgericht, net buiten Qartaba ter ere van Sint Thérèse. Zij is de beschermheilige van de reiziger, dus iedereen die Qartaba verliet op weg naar de kust, stopte even bij het kerkje voor een kort gebed en een kleine donatie. Je vergeeft het jezelf natuurlijk nooit als je een ongeluk zou krijgen terwijl je niets had gedoneerd. Ook bij behouden terugkomst in Qartaba stop je natuurlijk even en opnieuw een kleine donatie. Ja, een slimme man, die overgrootvader! Het kan natuurlijk ook gewoon toeval zijn, want Sint Thérèse was en is erg populair in Libanon.

Dit kerkje is uniek in die zin dat de opbrengsten niet naar de Maronitische kerk gaan, maar ten goede komen aan Qartaba. Normaal gesproken dient elk kerkje en elk kapelletje de opbrengsten van donaties en collectes af te staan aan de overkoepelende kerk, maar Brigitte’s overgrootvader had bedongen dat hij alle kosten voor aanschaf van de grond en de bouwkosten van de kerk voor zijn rekening zou nemen, op voorwaarde dat de opbrengsten niet naar het “hoofdkantoor” zouden gaan maar in Qartaba zouden worden aangewend. Dat lukte en daarmee is het één van de weinige, en wellicht zelfs de enige kerk in Libanon, die niet schatplichtig is aan het bisdom.

Alle opbrengsten worden besteed aan het naar de nonnenschool kunnen sturen van de kinderen van Qartaba. In de loop der decennia heeft zo ongeveer heel Qartaba op kosten van ons kerkje de lagere school doorlopen, dat wil zeggen, degenen die het schoolgeld niet zelf konden betalen. Meestal moeten we er zelf het nodige op toeleggen omdat de donaties elk jaar teruglopen, maar dat doen we graag.

De mensen van Qartaba waren erg bezorgd toen ik met Brigitte trouwde en ook vorig jaar toen haar moeder overleed want ze dachten dat Brigitte nu wel naar Nederland zou gaan, en wie moest er dan op het kerkje passen. Ze is enig kind en getrouwd met een buitenlander die wellicht niets om Qartaba geeft, dus ja, de continuïteit was mogelijk in gevaar. Maar men hoeft zich gelukkig geen zorgen te maken: ik sta volledig achter de kerk en zal er alles aan doen om het in stand te houden. Ook zal het "huis van Khoury" (dat is de familienaam van Brigitte) altijd open staan. Dit is een Arabische uitdrukking waarmee je wilt zeggen dat gasten nooit voor een gesloten deur komen.

Het was op zich merkwaardig om te trouwen met iemand die de eigenaar is van een kerk. Dat maak je in Nederland toch eigenlijk niet mee. Trouwens, we zijn ook de eigenaar van de gemeenschappelijke begraafplaats in Qartaba, eveneens iets wat in eerste instantie merkwaardig is. Dit was ook indertijd door de overgrootvader opgericht omdat er voorheen feitelijk geen begraafplaats was. Qartaba verdiende beter, vond hij, en dus koos hij een mooi plekje uit (het mooiste plekje van Qartaba vind ik zelf) en opende een begraafplaats. Inmiddels heeft elke familie daar een grafplaats. Het is allemaal erg ongeregeld in Libanon waardoor privé-initiatief alle ruimte krijgt. Misschien wel goed ook in een land als Libanon waar de regering meestal niet zo heel veel voor je kan betekenen.

Volgend weekend is het festival van Sint Therese en uiteraard zal ik daar verslag van doen op dit blog.

een mooi gedicht

Bij deze een gedicht dat ik dit weekend las ergens in het boek "Vertrouwd en oh zo vreemd" van Wim Kayser. Normaal heb ik het niet zo met gedichten, maar deze was wel erg mooi. Hoewel geschreven door Ben Okri, een Nigeriaanse schrijver, had het zo betrekking kunnen hebben op Libanon:

We are the miracles that God made
To taste the bitter fruit of Time.
We are precious.
And one day our suffering
Will turn into the wonders of the earth.

There are things that burn me now
Which turn golden when I am happy.
Do you see the mystery of our pain?
That we bear the poverty
And are able to sing and dream sweet things.

And that we never curse the air when it is warm
Or the fruit when it tastes so good
Or the lights that bounce gently on the waters?
We bless the things even in our pain.
We bless them in silence.

That is why our music is so sweet.
It makes the air remember.
There are secret miracles at work
That only Time will bring forth.

I too have heard the dead singing.
And they tell me that
This life is good
They tell me to live it gently
With fire, and always with hope.
There is wonder here

And there is surprise
In everything the unseen moves.
The ocean is full of songs.
The sky is not an enemy.
Destiny is our friend.

vrijdag, augustus 25, 2006

Netwerk op bezoek

Afgelopen dinsdag hadden we Aart Zeeman en cameraman Matt op bezoek voor een reportage over Beiroet. “Hilversum” had maandag contact met ons gezocht en ze wilden graag een dagje meelopen met Brigitte om te zien hoe de hulpverlening plaatsvindt aan mensen met oorlogstrauma’s. Het oorspronkelijke idee was om naar het zuiden van Libanon te gaan samen met Brigitte om daar ziekenhuizen te bezoeken, maar met de opgeblazen bruggen en kapotgeschoten wegen zou dat qua tijd heel lastig worden.

Dus Brigitte heeft maandagmiddag een rondje gebeld om te kijken of het mogelijk was om de platgebombardeerde wijken in het zuiden van Beiroet te bezoeken. Het hoofdkantoor van Hezbollah, of wat daar nog van over is, ligt ook in deze wijken, dus moest contact worden gezocht met iemand die toestemming zou kunnen geven om daar te filmen en ook meteen een rondleiding zou kunnen geven en zou kunnen vertellen over de medische en psychische hulpverlening.

Gelukkig kent Brigitte het hoofd van een medische organisatie die is gelieerd aan Hezbollah. Voor de duidelijkheid: het is niet Hezbollah zelf, maar een organisatie die sympathiek staat ten opzichte van Hezbollah. Dit onderscheid is van belang omdat ik zeker niet de indruk hier wil wekken dat Brigitte, en daarmee het American University Hospital, direct zou samenwerken met Hezbollah. Voor je het weet wordt dit uitgelegd als zijnde steun aan een terroristische organisatie en komt Brigitte Europa en Amerika niet meer in.

Terzijde: je kunt hier om lachen en denken dat dit zo’n vaart niet zal lopen, maar een jaartje geleden is een Libanese minister de toegang tot Amerika ontzegd omdat hij tijdens een inzamelingsactie voor Ramadan geld had gegeven aan een Goede Doelen organisatie die wordt gerund door Hezbollah.

Maandagavond belde “Hilversum” weer op en men was zeer verheugd over het programma voor dinsdag: dankzij de Rolodex van Brigitte kon Aart Zeeman gaan “where no man has gone before”, of althans, het zou voor een Nederlandse journalist erg lastig zijn om juist met deze hoge piet in contact te komen.

Dinsdagochtend kwamen ze eerst bij ons thuis om wat huiselijke beelden te maken. Zowel Aart (ik mag Aart zeggen, hij mag Riemer zeggen) als Matt waren erg vriendelijk en bescheiden. Dat zie je ook terug in zijn rapportages: Aart is vrijwel nooit in beeld, hij wil juist het onderwerp van de uitzending alle ruimte geven. Klasse! Heel anders dan sommige journalisten die zoveel mogelijk zelf in beeld willen komen. Kijk maar eens naar CNN waar je een journalist hebt met een irritant Engels accent en de hele tijd in beeld is.

Nadat het ontbijt was genuttigd ging Brigitte met Aart en Matt naar Haret Hreik, de wijk waarin het hoofdkantoor van Hezbollah is/was gevestigd. Helaas moest ik naar mijn werk, ik had graag meegewild. Van wat Brigitte vertelde was het afzien. Het is deze dagen erg warm in Beiroet, zo rond de 35 graden in de schaduw maar die heb je dus niet in de kapotgeschoten wijken. Ook moest je oppassen waar je liep want overal lagen brokstokken, verwrongen staal met scherpe punten, glasscherven en zo meer. Voor een paar minuten film werd een paar uur uitgetrokken, dus Brigitte was kapot aan het einde van de ochtend. Kun je voorstellen hoe Matt, de cameraman, het moest hebben gehad met een zware camera op zijn nek. Petje af.

Het meeste kapot was Brigitte toch wel van de aanblik van complete wijken volledig in puin. Straat na straat weggebombardeerd. Hoewel, “straat”: die zag je niet meer, je had geen idee waar je liep.

Hopelijk gaat men alles weer herbouwen en de eerste plannen zijn hiervoor al in de maak. De ziekenhuisdirecteur kon al melden dat het nieuwe ziekenhuis groter, beter en mooier zal worden dan ooit. Ook voor de huizen is men dit van plan. Wellicht dat over een jaar of twee modelwijken zullen verrijzen op de puinhopen. Hezbollah is al druk bezig met het uitgeven van geld aan de getroffenen.

Opvallend is dat dit in Amerikaanse dollars gebeurt en niet in Libanese ponden. Brigitte maakte hierover een opmerking tegen de perschef die tijdens hun bezoek meeliep. Tja, daar had hij eerlijk gezegd nog niet over nagedacht, maar hij zou het meenemen. Mochten ze binnenkort in Libanese ponden gaan uitbetalen, dan weet je hoe dat komt:-)

Een weekje vrij

Zo, ik heb mezelf zo ongeveer de hele week vrij gegeven van bloggen. Elke dag “kwam het er niet van” zoals dat zo mooi heet. Dat klinkt alsof je heel druk bezig bent, maar dat valt wel mee. Nu het vrede is en de oorlog voorbij lijkt te zijn, is schrijven over de oorlog iets waar je dan ineens geen zin meer in hebt. Net als dat je na afloop van een examen niet meer in je studieboeken wilt duiken. Het is voorbij en je hoopt maar dat je bent geslaagd. Anders moet je weer je lesmateriaal lezen.

Men hoopt hier van ganser harte dat Libanon ook geslaagd is, dat we niet weer door de ellende van oorlog moeten. Maar de meeste mensen die ik spreek hebben er een hard hoofd in. Men is zeer bezorgd en vrijwel altijd negatief over de toekomst. De grootste zorgen zijn omtrent Israël: wat gaan ze doen? Van Hezbollah wordt verwacht dat zij zich wel even koest zullen houden. Ze hebben waarschijnlijk rake klappen gekregen en hebben nu tijd nodig om zich te herbevoorraden en te hergroeperen.

Ondanks deze mogelijke verliezen heeft Hezbollah de “goddelijke overwinning” uitgeroepen, wat een verwijzing is naar de naam van hun leider Nasrallah die “overwinning van God” betekent. Op zich heeft Hezbollah wel gelijk door de overwinning te claimen. Immers, wie had gedacht dat een kleine strijdgroep stand zou kunnen houden tegen het op 4 na machtigste leger ter wereld, en dat een maand lang?

Maar het is juist ook deze overwinning die de Libanezen met zorg vervuld. Immers, kunnen de Israëlische generaals leven met de vernedering die Hezbollah ze heeft toegebracht? Mwja, het antwoord is hoogstwaarschijnlijk niet positief, dus veel Libanezen verwachten een tweede ronde.

Opvallend is ook dat de Hezbollah strijders nog niet terug zijn gekeerd naar hun families. Sinds de wapenstilstand zijn vrijwel alle vluchtelingen weer teruggegaan naar het zuiden, maar hun zoons, broers, vaders, et cetera die in het leger van Hezbollah zitten, zijn nog steeds onder de wapens en dus onzichtbaar en verscholen in diepe bunkers. Dit is ook de reden waarom nog steeds onduidelijk is hoeveel slachtoffers (martelaren, zoals ze hier worden genoemd) Hezbollah heeft. Israël zegt rond de 500-600, Hezbollah houdt het op enkele tientallen.

Al deze sombere toekomstverwachtingen hebben ook invloed op de mensen hier. Men is kriegel, gespannen en wordt snel kwaad. De gezichten staan strak en men heeft geen tijd voor een praatje. Elk nieuwsbericht wordt negatief uitgelegd. De Fransen die slechts 200 soldaten willen sturen? Die zullen wel informatie hebben dat de vrede niet stand houdt. De Fransen die nu toch 2000 troepen willen sturen? Dat zegt niks, allemaal politiek. Enzovoort, enzovoort. Beiroet huilt waar het eens heeft gelachen, of zoiets.

Oorlog en regen

Toevoeging bij afgelopen zondag:


terwijl we aan het eten waren met onze vrienden, begon het te onweren. Iedereen meteen in paniek want een donderklap klinkt wel een beetje op een bombardement. Gelukkig, het was slechts onweer. Vervolgens begon het flink te regenen.

Op zich niets bijzonders voor een Nederlander, maar in Libanon is regen in augustus een zeldzaamheid. Er is zelfs een liedje over van Wael Kfoury waarin hij zingt dat de kans dat hij zijn geliefde verlaat, gelijk is aan de kans op regen in augustus. Met andere woorden: deze kans is zo goed als nul. Dit jaar dus wel een flinke plensbui. Al met al een onwerkelijke zomer.

Michael Young: nieuw artikel

The dilemmas of being an Iranian bullet

By Michael Young

Daily Star staff

Thursday, August 24, 2006

Hizbullah's efficient ward heelers are handing out cash, reportedly much of it Iranian, to persuade the party's Shiite supporters that the destruction of their homes and livelihood was worth it. However, a more pressing question is: At what point will Sayyed Hassan Nasrallah, Hizbullah's secretary general, be forced into making an impossible choice where he must either reimburse his expanding debt to Iran or, by doing so, risk losing the backing of his own community? In other words, when will Hizbullah have to truly decide whether it is Iranian or Lebanese?

The question is ever more relevant in light of the ongoing tension between the international community and Iran over the latter's nuclear program. Iran had wagered on Hizbullah's missiles being a deterrent in the event of a conflict with the United States and Israel. That effect has been mostly lost thanks to the month-long Lebanon war. Hizbullah still has many rockets, and its infrastructure in the South is probably intact. But what it no longer has is a blank check from the Shiite population to pursue a new war of "honor" that will surely put most of them back in the streets again.

Amid the sanguine assertions of a Hizbullah victory, a colder assessment is needed to gauge just what the party achieved, or, rather, lost after July 12 - specifically what it lost Iran. Aside from Hizbullah's spent deterrence capability (only revivable at a high price) is the element of surprise when it comes to the party's training, tactics, and defenses. In the next war, the Israelis will come better prepared. The Lebanese Army is in the South, and a broader international force will probably soon deploy in the border area. That hardly makes a new war impossible, but were Hizbullah to take its weapons out of their containers to resume the fight, it would have to first confront the Lebanese state and the international community, meaning bearing a heavy responsibility for the aftermath.

Then there is the matter of Iranian calculations. If you were a Revolutionary Guards chief in Tehran, how would you view the latest conflict with Israel? You would doubtless marvel at Hizbullah's training (Iranian of course), but the ovation would end there. If it's true that hundreds of millions of dollars have been spent on arming and preparing the party, and that hundreds of millions, if not billions, more will be needed to rehabilitate Lebanon's Shiite community, then the Iranians got little for their outlays. The Lebanon war was useless to them, only making their nuclear program more vulnerable. That's one reason why Tehran organized military exercises before its formal answer on Tuesday to an international offer on ending uranium enrichment. The Iranians would have preferred to use Lebanon as a cushion to keep the conflict away from their borders; but Hizbullah torpedoed that by miscalculating the Israeli and American response to the July 12 abductions of two Israeli soldiers.

So now Nasrallah has a mounting debt owed the Iranians and little room to tell them that he cannot implement a request to heat Israel's northern border if the nuclear issue demands it. Worse, the Hizbullah leader knows that even a devotee like President Mahmoud Ahmadinejad will have to explain to his own poor electors why billions of dollars are being spent on building Shiite homes in Lebanon, while Iranians continue to face grinding poverty - poverty that might get worse if the UN Security Council manages to impose sanctions. How much can the Iranian regime bear financially when it comes to buoying up Nasrallah's base? Even Shiite businessmen, whether in the Gulf or Lebanon, may hesitate to offer substantial funding if they sense a new war is looming.

What can Nasrallah do if Iran asks Hizbullah to resume military operations against Israel while Shiites are slowly rebuilding their lives? By refusing, Nasrallah could lose his sponsor and financier; by agreeing, he could lose his supporters. If one had to guess, the Hizbullah leader would obey Iran and hope for the best when it comes to the Shiites. Yet the risks of such a strategy are immense, because Nasrallah's allegiances would be there for all to see, particularly his coreligionists. And that's not mentioning how negatively Hizbullah's actions would be received by the other Lebanese communities, who would again see their country devastated in a proxy war. Hizbullah has lost what little it once retained of the consensus behind the "resistance" (prompting Nasrallah to threaten his critics on Al-Jazeera last month), but a renewal of conflict, fed by Iran, could lead toward a more violent domestic standoff.

The irony is that Nasrallah has spent the better part of 15 years deftly avoiding hard choices. His strategy has been to hop from one side of Hizbullah's personality to the other, depending on the circumstances. When, in July, he was attacked by Walid Jumblatt for claiming that the war with Israel was that of the umma, he changed tack in a subsequent speech and mentioned he was doing it all for Lebanon. When, in the national dialogue, he came under pressure to advocate a drawing of the Syrian-Lebanese border in the Shebaa Farms, Nasrallah obliged, only to later backtrack when the Syrians showed they were not amused. And last week when, in a televised speech, the secretary general criticized the slowness of the Lebanese state in financing reconstruction (implicitly advocating Iranian suitcases of cash as a panacea to that problem), he also insisted Hizbullah was part of the state. In each case one was left wondering: Is Nasrallah all expedient maneuvering?

Another war with Israel, fought on behalf of Iran, would not allow such gymnastics. Hizbullah has largely used up its Shiite card, but has valiantly tried to save it by selling the notion that what happened in the past month was a military victory. Fair enough, since no emperor can long go without clothes. But if Hizbullah is merely Iran's bullet, at some stage Nasrallah will have to decide whether he wants to be more than that.

dinsdag, augustus 22, 2006

Komt dat zien, komt dat zien

Morgenavond zijn we weer op de televisie en wel op Netwerk, Nederland 1, na het acht-uur journaal!

Update:
Uitzeding gemist?
Hier is de link naar de uitzending van Netwerk van 23 augustus:
Deze link is naar de meest recente uitzending, dus vanaf 25 augustus werkt het al niet meer. Wel kun je dan nog steeds zoeken op datum (23 augustus), zender (Ned 1) en programma (Netwerk).

zondag, augustus 20, 2006

Terug in Beiroet

Gisteravond gezellig uitgeweest naar een vol café. Je moet hierbij denken aan een bergterras dat dienst doet als café, alles in de openlucht want het is lekker weer. Het was goed vol en je kon merken dat de Libanezen behoefte hebben aan vrolijkheid. Na alle ellende van de oorlog even alles van je afzetten. Men is sowieso al verzot op uitgaan en nu al helemaal.

Hetzelfde zagen we vanmiddag tijdens de lunch in een restaurant in de bergen boven Beiroet (Na’as, boven Bikfeya). Helemaal vol en men had er weer zin in: lekker eten, een glaasje arak (nationale Libanese drank, te vergelijken met het Griekse ouzo) en vooral veel lachen.

Op zich is dat laatste ergens wel opvallend want er wordt nooit echt heel veel gelachen op Libanese terrasjes. Vaak zit men met een redelijk strak en verveeld gezicht de voorbijgangers onbeschaamd aan te kijken. Misschien is dat omdat veel uitjes een verplicht en soms routinematig karakter hebben: je gaat uit eten met die-en-die omdat zo-en-zo je heeft gevraagd. Zodra je dit twee keer per week (of vaker) doet, nu ja, dan gaat de lol er misschien wel een beetje af.

Over dat onbeschaamd aankijken trouwens: daar moet je heel erg aan wennen. In Nederland kijk je meestal een andere kant op als iemand je aanstaart, maar hier is dat heel gebruikelijk. Je kunt ook rustig terugstaren, geen enkel probleem.

Een kennis van ons was hier voor een stage en haar docent vertelde dat je moest uitkijken voor de “Lebanese gays”: men kent hier geen enkel besef van gepastheid, men is vaak erg grof en onbeleefd, je moet niet verbaasd zijn over hun intieme gedrag, denk maar niet dat ze je privacy respecteren, enzovoort. Ze wist wel dat Libanon ouderwetse opvattingen heeft en vaak ronduit vijandig zijn tegenover homo’s, maar dit ging toch redelijk ver. Later in zijn verhaal, echter, kwam ze erachter dat hij de “Lebanese gaze” bedoelde:-)

De lunch duurde zoals een goede lunch moet duren: we begonnen om 1 uur en zo rond een uur of half zes werd om de rekening gevraagd. Het eten was niet echt top, maar goed, oorlog maakt rauwe bonen zoet. Het was in ieder geval heerlijk om weer eens normaal met vrienden onder elkaar te zijn. Natuurlijk werden er veel oorlogsmoppen verteld.

Zo zijn de prijzen van de wijken achter Dachieh fors gestegen: men heeft nu immers uitzicht op zee! Ook een grap over twee Hezbollah strijders die elkaar tegenkomen, waarbij de eerste het V-voor-Victorie teken maakt. “Inderdaad”, zegt de ander, “het was een mooie overwinning”. “Nee, nee”, klinkt het antwoord, “er zijn nog maar twee gebouwen overeind!”. Overigens, beide moppen werden verteld door een Sjiiet met sympathieën voor Hezbollah. Zelfspot kent men hier soms maar al te goed.

Brigitte moest nog even langs de supermarkt dus dat was een mooie gelegenheid om de prijzen weer eens op te nemen. Zoals beneden valt te zien, zijn de prijzen nog nauwelijks gedaald. Waarschijnlijk komt dit omdat de blokkade van Israël nog steeds doorgaat. Er is nu weliswaar weer benzine, maar internationale producten komen het land nog niet binnen. Dat zie je trouwens ook in de supermarkt: steeds meer halflege of zelfs vrijwel lege schappen terwijl het normaal gesproken volgepakt staat.

Supermarkt prijzen



Euro

Actueel Eerst Normaal Actueel Nu
Aardappels 0.85 0.26 0.68
Tomaten 1.49 0.43 1.11
Boontjes 1.96 0.85 1.49
Peren 2.39 1.28 1.11
Pruimen 1.79 0.85 1.71
Perziken 2.39 1.28 1.71
Watermeloen 0.85 0.21 0.34
Gele meloen 0.94 0.43 1.02
Appels 1.79 0.85 1.79



’s Avonds weer lekker thuis, Zomergasten kijken op de satelliet. Mensen die in Nederland mopperen over al die immigranten die alsmaar naar hun schotel-tv kijken, zouden zelf eens moeten immigreren. Het is soms maar wat lekker om weer even Nederlands te horen.

zaterdag, augustus 19, 2006

Onverwachts bezoek

Gisteren al een beetje en vandaag helemaal zijn we in de typische sfeer van een aangekondigd afscheid. We gaan weer terug naar Beiroet en natuurlijk zijn we blij dat het vredesbestand nog steeds van kracht is. Toch is er ook het gevoel dat je hebt tijdens de laatste dagen op een camping. Je weet dat je weer teruggaat naar huis en je mist je huis ook ergens wel, maar toch…

Het lange verblijf in Qartaba beviel me prima. Normaal brengen we hier meestal de weekends door en dat heeft wat jachterigs. Je komt dan aan op vrijdagavond of zaterdagochtend en voor je het weet is het al weer zondagavond en tijd om weer terug naar Beiroet te gaan. Meestal sta je op de terugweg in lange files omdat je niet bepaald de enige bent die het weekend in de bergen of aan het strand heeft doorgebracht.

Nu waren we voor bijna 5 weken in Qartaba en dat geeft de tijd om een heel andere kant van het plaatsje te leren kennen. Het slome ritme van een slaperig bergdorp, de bekende gezichten, kennissen die te pas en te onpas binnenvallen. Je voelt je hier soms net als in de TV comedy Cheers: “Sometimes you want to go where everybody knows your name; and they’re always glad you came”.

Wat opvalt is hoe arm men hier is. Zo komen onze buren elke keer kijken als we de waterwagen hebben laten komen om onze waterreservoirs bij te vullen. De eerste keer vroeg onze buurvrouw of ze niet een jerrycan water mocht hebben…”als er over was, hoor, anders niet”. Geen probleem, dus Brigitte vroeg haar om de jerrycan. Maar helaas, die stond op het dak. Of de meneer van het water niet even met de slang op het dak kon klimmen? Bleek dat ze voor zo’n 2000 liter water wou hebben. Tja, dat ging wel wat erg ver, zeker omdat we zelf “slechts” 6000 liter hadden gekocht. Dus helaas, er was geen water over, “maar anders hadden we graag geholpen. Misschien de volgende keer”. Dit moet je uiteraard met veel vriendelijkheid en oprechtheid zeggen, ook al weet je dat je de volgende keer weer geen water overhebt. Om in Libanon je draai te vinden, moet je goed kunnen toneelspelen, zal maar zeggen.

Op andere momenten is de buurvrouw juist heel royaal. Zo krijgen we vrijwel dagelijks groente uit haar eigen tuin, geeft ze ons zelfgemaakte koekjes en laatst kwam ze homemade limonade brengen. Erg lekker allemaal en erg vriendelijk. Schijn bedriegt, en in Libanon weet je vrijwel nooit waar je aan toe bent. Mensen die het ene moment krenterig zijn, tonen zich op het andere moment juist van hun meest gulle kant.

Eenzelfde soort inconsistent gedrag zie je in het verkeer. Het ene moment halen ze je in met gevaar voor hun en jouw leven; het andere moment laat dezelfde chauffeur je er met een groots gebaar weer tussen.

Maar goed, de laatste dag in Qartaba want we gaan morgenochtend weer terug naar Beiroet om vervolgens een lunch met vrienden te hebben. Ik zat een boek te lezen op het terras en Janine was naast me aan het spelen tot er ineens een sterk gezoem klonk. In eerste instantie leek het wel op het geluid van een Israëlisch onbemand spionagevliegtuig, maar toen ik opkeek was er een zwerm bijen in de voortuin aan het heen en weer vliegen. Schrikken natuurlijk want je moet er niet aan denken dat Janine wordt gestoken. Dus snel naar binnen, deuren en ramen dicht en afwachten totdat de bijen weer zouden doorvliegen.

Helaas, dat gebeurde niet. Sterker, ze hadden een mooi plekje aan één van de tuintafels gevonden en begonnen zowaar een nieuw nest te “bouwen”. Eén voor één klitten ze samen aan de onderkant van de tafel en hingen zo met zijn allen aan elkaar. Een fascinerend gezicht, de eerste keer dat ik het zwermen van een groep bijen meemaak.

Na een tijdje waren we wel uitgekeken en wat toen te doen. Gelukkig wist onze tuinman een imker, namelijk zijn eigen broer. Grappig detail is dat de tuinman allergisch is voor bijen terwijl zijn broer leeft van de opbrengst van honing. Heel professioneel heeft de imker de beginnende bijenraat in een grote houten doos gestopt en belooft dat we het eerste potje honing zullen krijgen. Dit schijnt overigens nog wel tenminste een jaar te duren.

Vanavond gaan we naar een café in een plaatsje verderop. Het schijnt daar drukker en gezelliger te zijn dan waar we vorige week waren. Toen waren de enige gasten, nu maar eens zien hoe druk het vanavond is.

Houdt het dan nooit op?

Gisteravond, juist terwijl mijn familie belde uit Nederland, vlogen er Israëlische helikopters laag over, gevolgd door straaljagers. Dat ging de hele nacht zo ongeveer door. Ook heeft het Israëlische leger een aanval uitgevoerd in Boudai, dat vrij dicht bij Qartaba ligt, maar dan aan de andere kant van de heuvelrug die ons scheidt van de Bekaa Vallei. Hoezo wapenstilstand?

Het is onduidelijk wat er precies gebeurt is, maar de media melden tevens een airborne operatie (daarbij landen Israëlische militairen op de grond vanuit helikopters) in het plaatsje Aqfa...wat ruwweg 5 kilometer van Qartaba verwijderd is en aan onze kant van de heuvelrug.

Het wordt tijd dat we naar "veilig" Beiroet gaan.

vrijdag, augustus 18, 2006

Back to Life

Het leven begint zo langzamerhand weer wat normaal te worden. We hadden vanochtend een begrafenis en zondag zijn we uitgenodigd voor een uitgebreide lunch met kennissen. Kortom, we pakken de draad weer op.

Het viel op hoeveel Libanezen haast in een shocktoestand de eerste weken van de oorlog beleefden. Normaal gesproken hebben we veel visite als we in Qartaba zijn, maar nu kwam er vrijwel niemand op bezoek. Iedereen zat thuis TV te kijken, men was niet in de stemming om gezellig te buurten. Pas de laatste week begon men weer langs te komen.

Veel mensen hier hebben een moestuin en het is gewoonte in de Arabische wereld om een cadeautje mee te nemen. Zoals een Arabisch gezegde luidt: “Een lege hand is een vieze hand”. Met als gevolg dat we veel, heel veel, groente en fruit kregen. Het is nu de tijd van de boontjes en dus hebben we nu naar schatting ten minste 20 kg aan boontjes ontvangen. Ook kisten vol met fruit hebben we gekregen, dus we kunnen voorlopig vooruit. En wat we zelf niet opeten, geven we graag weg aan kennissen van ons.

Over de draad oppakken gesproken. We zijn van plan om zondag na afloop van de lunch weer terug te gaan naar Beiroet en we zien ons voor een bekend probleem geplaatst: wat mee te nemen? Omdat we hier in het dorp alles konden kopen dat we nodig hebben we de voorraad voedsel en overige levensbenodigdheden hebben we nauwelijks aangesproken. Maar om nu 20 grote flessen 7-Up, eenzelfde aantal flessen Cola light, enzovoort mee terug te nemen naar Beiroet, gaat wat ver. We nemen nu, het klinkt bekend, alleen het hoogst nodige mee en laten de rest hier in het berghuis. We gaan hier immers toch elke weekeinde heen, dus we maken het wel op.

Ook met het weer opengaan van het vliegveld nog kort met de gedachte gespeeld om alsnog zomervakantie in Nederland te vieren, maar dat wordt erg lastig. Brigitte is nu druk bezig met het opzetten van hulpprogramma’s voor mensen in psychische nood en zelf zal ik ook flink aan de slag moeten om de afgelopen maand in te halen. Als accountant heb je nu eenmaal een wettelijke plicht om accountantsverklaringen voor te bereiden en die kun je niet zomaar uitstellen. Het wordt derhalve een bezoek met Kerst.

Qartaba loop al behoorlijk leeg en we horen dat andere bergdorpen ook steeds stiller worden. Men gaat weer terug naar het eigen huis. Het wordt interessant om te zien hoe de Libanees de oorlog gaat verwerken. Het begin van de oorlog was zo overdonderend snel en heftig dat de meesten verdoofd waren, zeker de eerste weken. Pas nu heeft men tijd om te beseffen wat er gebeurd is. Je hoort veel mensen die erg boos zijn: boos op alle vernielingen, kwaad om weer 3 uur in de rij voor de benzine te staan, woedend om wéér in oorlog te zijn,

Zolang de bommen vielen, kwam men niet aan deze boosheid toe, maar nu de rust weer terugkomt, lijkt het erop dat veel Libanezen pas echt beseffen wat heeft plaatsgevonden en hoe boos, verdrietig en noem maar op, men is. Emotie komt altijd achteraf; meestal niet als mosterd na de maaltijd maar juist als zout in de wond.

Hoofdkantoor Hezbollah op christelijke grond

Interesant nieuwtje dat ik zojuist hoorde (niet bevestigd):

Het hoofdkantoor van Hezbollah in Haret Reik, in de wijk Dachieh, is indertijd illegaal gebouwd op grond dat behoort tot de Maronietische Kerk. Ten tijde van de Libanese Burgeroorlog (1975-1990) kwamen veel vluchtelingen uit het zuiden naar Beiroet en begonnen illegale appartementen te bouwen. Zodoende is ook het hoofdkantoor van Hezbollah gebouwd. Veel oorspronkelijke eigenaars hebben hierdoor hun bezittingen verloren.

Nu echter is het hoofdkantoor volledig platgegooid en eist de Maronietische kerk haar grond weer op. Het ziet er naar uit dat Hezbollah hun hoofdkantoor elders zal moeten bouwen.

Nieuw artikel van Michael Young

Helaas geen tijd voor vertaling, dus bij deze de Engelse versie

The somber dream of a garrison state


By Michael Young
Daily Star staff
Thursday, August 17, 2006 <

Near the end of his speech on Monday, Hizbullah's secretary general, Sayyed Hassan Nasrallah, began sounding, ominously, like a president. I say ominously, because Nasrallah has not been elected president, though the current tenant of that office does make us pine for better. In outlining his vision of a stronger state, the Hizbullah leader plainly implied he intended to help reshape that state, and how else would he do so except by bending it around his own party's priorities?

On the same day there was an intriguing headline in the new daily newspaper Al-Akhbar, which, once you've worked out the intricacies of its financing and the identity of its journalists, mainly situates itself in the March 8 camp, close to Hizbullah, with some splashes of Aounism. The headline read: "A Government of National Unity, to Prevent 'Faulty Calculations.'" Given that the story cut to the national unity government idea editorially, without it being based on a specific news item or quote, it seemed more a warning than anything else.

Then on Tuesday we heard Bashar Assad effectively call for a coup d'etat against the March 14 majority. The Syrian president declared that Hizbullah should transform its military "victory" in the South into a political victory in Beirut, and accused March 14 of being the intended beneficiaries of Israel's onslaught. The Druze leader Walid Jumblatt, sensing a Syrian effort to re-impose its control over Lebanon, will hold a press conference this morning to start mobilizing the majority, which has seemed extraordinarily faint-hearted in recent weeks.

Yet March 14 should profit from Hizbullah's constraints. Unless implementation of Resolution 1701 fails and the war resumes, in the foreseeable future Hizbullah will be cut off from its vital space in South Lebanon. This doesn't mean the party intends to withdraw its men from the South or crack open its weapons caches to the Lebanese Army and the expanded United Nations force. If anything, Hizbullah seeks to empty the UN resolution of its content. And unless Prime Minister Fouad Siniora takes a firmer position in favor of a complete demilitarization of the area south of the Litani River, he risks losing his credibility at the Security Council. But there is a good possibility that one thing will change in the short term, namely Hizbullah's ability to raise and lower the temperature in the border area. Nasrallah may be declaring victory, but with hundreds of thousands of his coreligionists rebuilding their homes and lives, Hizbullah's latitude to fire at Israel, and to do so amid a UN force reflecting an international consensus, will be relatively small.

This raises the question of whether Nasrallah will compensate by turning his attention to the domestic front. If the secretary general is so keen to build up a strong Lebanese state, presumably he intends to contribute to that effort from a position of authority. So, is Nasrallah on the verge of taking that authority, flush from his tactical triumphs in the South and motivated by an understandable desire to draw attention away from the devastation inflicted on the Shiite community since July 12?

If the answer is yes, then we must consider the mechanism of a sudden accumulation of greater power. This brings us back to a government of national unity. For some time, the Aounists have regretted their decision to be an opposition party in Parliament, without power. But what they have regretted more is that Hizbullah has done nothing at all to bring them into the Siniora Cabinet. Now this may change. If there is anything explaining Michel Aoun's fresh rabidness against the government (in an Al-Akhbar interview, no less), it is that he feels, apparently like Assad, that the time is ripe to do away with the present government majority.

Nasrallah may soon agree, insisting that Hizbullah, along with the Aounists and other groups in the country, particularly those close to Syria, are entitled to more ministerial portfolios. He could justify this on the grounds that Lebanon's reconstruction demands national concord. Would Nasrallah succeed? Maybe not, because Parliament would still need to vote confidence in a new government, and the March 14 majority does not want to lose its dominance. But the pressure could mount, so that the fallback position would be to grant Hizbullah and the Aounists a third of Cabinet seats plus one, allowing them to block votes on major policy. Lurking over this would be Hizbullah's militants, angry with the majority and eager to build up a system defending the "resistance option."

That's, of course, just one scenario. There are those who will argue that Nasrallah is more cornered than his coolness suggests. He may have declared a historic victory, but Lebanon has already started focusing on the price of that victory, whether in monetary terms or in terms of unemployment, emigration, opportunity costs, investor confidence, and much else. Nasrallah's supporters might buy into his rhetoric, but businessmen won't. With a debt of some $40 billion and losses estimated at between $6 billion and $10 billion, for a GDP languishing at just above $20 billion, the shadow of a general economic collapse remains near.

Shiites would suffer as much as anyone else from such a calamity - probably worse given their current vulnerabilities. And the reality is that when international donors or investors look to Lebanon, they don't feel particularly comfortable with a political and paramilitary organization that announces its passion for martyrdom; they look to those people that Nasrallah has criticized for failing to adequately defend his choices: Siniora and the bland technocrats of the Hariri-led reconstruction era. Whatever Nasrallah and Aoun think of this reality, neither man has the credibility to put Lebanon on even a tolerable economic footing.

So, what did Nasrallah mean by a strong state? You have to imagine that he was in part thinking of his "defensive plan," whereby Lebanon would essentially ask Hizbullah to be a vanguard in facing down permanent Israeli threats. But since that plan has gone nowhere, since it effectively brought Israel back into Lebanon, Hizbullah must have a newer version in hand. But would the Lebanese go along with seeing their languid Mediterranean playground transformed into a somber garrison state?

That's where Nasrallah must be more amenable to the odd psychology of Lebanese society, all compromises and consensus and winks and nods. The Hizbullah leader is no aficionado of this. As he remarked at a May 2003 rally, Lebanon needed "great men and great leaders, not leaders of alleyways, of confessional groups, of districts." But that's who Nasrallah will have to deal with if he decides to transform the state into something stronger, and he'll have to accept that many of his countrymen don't want a stronger state if it means living in a gigantic Hizbullah barracks.

It is doubtless time for everyone to be modest, both Nasrallah and his March 14 rivals. Lebanon will fall back into civil war before it accepts the hegemony of one side over the other, before one side imposes its version of the state over that of the others. One truth stands out, though: Lebanon can no longer afford to be a playground for proxy wars, since what will emerge is not a stronger state, but no state at all.

donderdag, augustus 17, 2006

Vrede, zou het heus?

Het begint er steeds meer op te lijken dat de wapenstilstand stand houdt in Libanon. Brigitte meldde vanuit Beiroet waar ze was voor een aantal afspraken, dat er een vliegtuig laag overvloog. Iedereen direct naar de ramen om te kijken wat het was: bleek het een vliegtuig van de nationale vliegtuigmaatschappij MEA te zijn. Vol trots dat ze er weer zijn, vloog de piloot wel drie rondjes laag over Beiroet zodat iedereen die opkeek kon genieten van de nationale trots. Inmiddels zouden ook al vliegtuigen andere maatschappijen zijn geland op Hariri Airport in Beiroet.

Ook worden schepen weer ontladen in de diverse havens en is benzine weer volop te verkrijgen. Zelfs de übercoole stranden rondom Byblos zijn weer geopend, zij het dat er vrijwel geen gasten zijn.

Opvallend hoe snel alles weer hersteld is omdat volgens eerdere berichten er geen steen meer overeind zou staan van het vliegveld en de havens. Ook niet zo verbazingwekkend: de gemiddelde Libanees kan zonder oorlog al flink overdrijven, dus laat staan als er niet alleen een persoonlijk belang, maar een nationaal belang is gediend met het aandikken van de feiten.

Vandaag had Brigitte een aantal afspraken in Beiroet om de psychische hulpverlening op gang te krijgen voor zowel slachtoffers als hulpverleners. Het probleem echter, zoals eerder gemeld, is dat er geen vluchtelingen meer zijn: vrijwel iedereen is weer terug naar huis. Maandag werden als redenen gemeld de trots van de Libanees en de binding met het land van herkomst in het dorp van herkomst. Inmiddels kan Brigitte daar de volgende verklaringen aan toe voegen:

- De redenen van de vluchtelingen om hun huizen te verlaten, is duidelijk anders dan indertijd en dit beïnvloedt ook de redenen voor terugkeer. Tijdens de burgeroorlog was de situatie erg onduidelijk en men zocht een meer permanente andere woonplaats. In dit geval, ging men er vanuit dat het slechts tijdelijk zou zijn

- Het is een weliswaar kleine, maar in de ogen van de gewone man, oh zo belangrijke bijdrage die hij kan leveren aan het verzet tegen aartsvijand Israël: ondanks de flyers die Israëlische straaljagers uitstrooiden die opriepen om niet terug te keren, juist wél gaan;

- Samenhangend hiermee zijn veel zuiderlingen trots op de, in hun ogen, overwinning van Hezbollah en willen dit met hun kennissen en buren vieren in hun eigen dorp en in hun eigen huis;

- Men wil voorkomen dat men, net als in de burgeroorlog indertijd, voor langere tijd (jaren, soms) van huis en haard verdreven is, vandaar dat iedereen zodra het kon terug ging naar huis;

- Iran had 10.000 tenten aangeboden voor de tijdelijke opvang, maar Hezbollah heeft dit geweigerd: men wil niet net als de Palestijnen in tenten wonen. Ook het idee dat als je éénmaal in een tent zit, je niet zo gemakkelijk teruggaat naar huis, speelt mee. Een tent, hoe gek het ook klinkt, komt als te definitief over. Vandaar dat de meeste vluchtelingen in huizen en gebouwen verbleef. Van een school weet je dat je er in september weer uit moet als het schoolseizoen weer begint, maar met een tent heb je niet zo’n deadline;

- En tenslotte, men beseft dat veel Palestijnen indertijd hun land hebben verlaten en daar nooit meer konden terugkeren toen de staat Israël werd uitgeroepen. Vandaar dat de vele Sjiieten in het zuiden vastbesloten zijn om hun land niet te verlaten, of althans zo kort mogelijk, je weet immers maar nooit of je er nog terugkomt.

Hoe sterk al deze redenen hebben meegespeeld blijkt nu uit de diverse rapportages op TV: veel mensen zaten al in hun volgepakte auto te wachten op het begin van het staakt-het-vuren. Zodra het 8 uur was, ontstond een massale optocht van terugkerende vluchtelingen. Dit ondanks een initiële oproep van Hezbollah om niet onmiddellijk terug te gaan, maar eerst duidelijk te krijgen dat er voedsel, water en medicijnen aanwezig zijn in het dorp van herkomt. Later zag Hezbollah ook wel in dat de mensen niet tegen te houden waren en stopten ze met deze oproep.

Het was zelfs zo druk op de wegen naar het zuiden, dat de hulpverlenende organisaties (Artsen Zonder Grenzen speelt een belangrijke rol, maar natuurlijk ook het Rode Kruis en noem maar op) boten hebben moeten huren om de noodgoederen per schip van Beiroet naar Tyrus in het zuiden te vervoeren. Over de weg was onmogelijk geworden. Het blijkt dat men volkomen verrast was door de zo snelle terugkeer. Men dacht ongeveer een maand de tijd te hebben voordat alle wegen en bruggen weer hersteld zouden zijn. Nu moesten ze hun logistiek volledig omgooien. Maar tot nu toe eigenlijk veel goed nieuws: de hulp bereikt de hulpbehoevenden en ook over de kans op het uitbreken van besmettelijke ziekten hoor je niemand meer.

Het gevolg van de massale uittocht is dat Hamra nu een verlaten aanblik geeft. Voorheen was het een drukte van belang met de sjiietische vluchtelingen. Waar je ook keek zag je mensen bezig met spullen te verkopen. Soms gewoon wat groente op een kleedje of anders wat toiletpapier op een schamel tafeltje. Het sjieke Hamra leek haast veranderd in een bazaar, Koninginnedag in Amsterdam was er niets bij. Prachtig vond ik het, maar het was een gruwel in de ogen van de oorspronkelijke bewoners die waren achtergebleven.

Veel van de anders tolerante bewoners van Hamra waren erg gebeten op de arme, traditionele invasie van sjiieten uit het zuiden. Normaal gesproken is Hamra één van de weinige echt gemengde wijken van Libanon met Christen, Soennieten, Sjiieten, Druzen enzovoort waarbij je in het straatbeeld elke religieze feestdag uitgebreid merkt. Dit maak je niet mee in andere wijken. Zo merk je in een typisch christelijke wijk als Achrafieh niets van Ramadan en zul je in een typisch moslim wijk als Mar Elias weinig merken van Kerstmis. Overigens, het kerstfeest (nu speciaal met kleine letter geschreven) verwordt ook hier steeds meer tot een commercieel gebeuren waar moslims vrolijk aan meedoen.


Vrede dus. Na een afwachtende houding in het begin lijkt de gemiddelde Libanees er in te gaan geloven. Nuchtere Hollander als ik ben, moet ik het eerst nog maar eens zien. Er zijn nog te veel wolken in de lucht, zoals in willekeurige volgorde:

- Hezbollah heeft zich uitgesproken tegen ontwapening. Israël heeft juist gezegd dat Hezbollah zich moet ontwapenen en behoudt zich het recht voor van vervolgacties om deze doelstelling te realiseren. Dat kan dus betekenen dat we over een tijdje weer een oorlog hebben. Gezellig tijdens Ramadan, schat ik zo, om extra zout in de wonden te strooien;

- Israël heeft de oorlog feitelijk verloren. Of althans, in die zin dat het de eerste keer in de geschiedenis van de Joodse staat is dat ze haar tegenstander niet overtuigend verpletterd heeft. Het is maar de vraag of Israël zich dit wil permitteren. Een bekend Arabisch spreekwoord zegt: “Je moet een wolf zijn, anders eten de andere wolven je op”. In de Arabische wereld is geen medelijden met zwakkelingen en Israël weet dit natuurlijk drommels goed. Het ligt voor de hand dat het IDF zit te popelen om hun eer te herstellen en het karwei af te maken;

- Hezbollah wil de twee ontvoerde Israëlische soldaten alleen teruggeven als Israël ál het Libanese land heeft verlaten, inclusief de Shebaa boerderijen. Ik schat in dat Israël daartoe niet snel bereid zal zijn. Uiteraard wil men wel haar “jongens” terug, ook al omdat dit onderdeel uitmaakte van het vredesverdrag;

- Ondanks de toezegging van de Libanese premier dat het Libanese leger in het zuiden zal worden gestationeerd en dat ze de wapens van Hezbollah niet zullen tolereren, is het leger bijzonder zwak en zeker niet in staat om Hezbollah daadwerkelijk aan te pakken. Toch voor veel mensen een goed gevoel om voor het eerst sinds 1975 het leger weer in het zuiden te zien;

- Qua Shebaa boerderijen heeft Syrië gezegd dat ze niet zullen accepteren als Libanese soldaten daar worden gestationeerd, ondanks herhaaldelijke verzekeringen dat de boerderijen bij Libanon horen. Dus zelfs als Israël het zou teruggeven, zou Syrië nog dwars liggen. Eerder heeft Syrië bij hoog en laag en tegen ieder die het wilde horen, uitgeroepen dat de Shebaa boerderijen uitdrukkelijk bij Libanon horen. Nu wil men ze alleen teruggeven als een allesomvattende vrede in het Midden-Oosten is bereikt….tja.

Al met al reden genoeg om de toekomst met gepaste zorg in te zien. Het zou mij in ieder geval niets verbazen als de wapenstilstand slechts het einde van de eerste ronde zou zijn.

woensdag, augustus 16, 2006

Wel vrede, geen benzine

Ondanks de vrede is er nog steeds geen aanvoer van benzine en andere producten in Libanon. Wel heeft Israël diesel toegelaten die onder toezicht aan ziekenhuizen is verstrekt.

Er is nog steeds benzine te verkrijgen, maar de rijen worden langer en steeds meer stations zijn nu semi-permanent gesloten. Heb je geen zin om in de rij te staan, dan is er altijd nog de zwarte markt. Dagprijs gisteren was 36 USD voor 20 liter, terwijl dit normaal 17 USD kost.

Wij hebben nog benzine en gaan het vandaag aan een stranddag besteden. Eindelijk! Zo ongeveer de eerste keer dat we naar het strand gaan deze zomer. Frivool en onvoorzichtig om zo je schaarse benzine te besteden? Oh ja, absoluut! En dat voelt verdraaid goed!

Aanvulling:
De stranddag was erg lekker. Opvallend was hoe rustig het beach resort al weer was. De meesten zijn weer terug naar Beiroet. Ook benzine is weer volop te krijgen. Vreemd gezicht: geen kilometerslange rijen meer voor het pompstation.

Diverse Libanese bobo's hebben aangekondigd om de stukgeschoten bruggen te gaan repareren. Zo gaat de Hariri familie de snelweg tussen Beiroet en Tyrus herstellen, de Casino brug en de Ghazir brug worden door het Casino du Liban (inderdaad, een casino in het Midden-Oosten. Er is er nog een in Palestina, voor de rest zijn er niet), terwijl de Matfoun brug (verder in het noorden) wordt hersteld door Najib Mikati.

Ook de zuidelijke buitenwijk van Beiroet, Dachieh, wordt hersteld en omgedoopt tot Nieuw Dachieh.

Voorzichtige schatting: als het tegen Ramadan loopt, is Libanon weer klaar om toeristen te ontvangen.

Analyse van Stratfor

GEOPOLITICAL INTELLIGENCE REPORT
08.15.2006

Cease-Fire: Shaking Core Beliefs in the Middle East

By George Friedman

An extraordinary thing happened in the Middle East this month. An Israeli army faced an Arab army and did not defeat it -- did not render it incapable of continued resistance. That was the outcome in 1948, 1956, 1967, 1973 and 1982. But it did not happen in 2006. Should this outcome stand, it will represent a geopolitical earthquake in the region -- one that fundamentally shifts expectations and behaviors on all sides.

It is not that Hezbollah defeated the Israel Defense Forces (IDF). It did not. By most measures, it got the worst of the battle. Nevertheless, it has been left standing at the end of the battle. Its forces in the Bekaa Valley and in the Beirut area have been battered, though how severely is not yet clear. Its forces south of the Litani River were badly hurt by the Israeli attack. Nevertheless, the correlation of forces was such that the Israelis should have dealt Hezbollah, at least in southern Lebanon, a devastating blow, such that resistance would have crumbled. IDF did not strike such a blow -- so as the cease-fire took effect, Hezbollah continued to resist, continued to inflict casualties on Israeli troops and continued to fire rockets at Israel. Hezbollah has not been rendered incapable of continued resistance, and that is unprecedented.

In the regional equation, there has been an immutable belief: that, at the end of the day, IDF was capable of imposing a unilateral military solution on any Arab force. Israel might have failed to achieve its political goals in its various wars, but it never failed to impose its will on an enemy force. As a result, all neighboring nations and entities understood there were boundaries that could be crossed only if a country was willing to accept a crushing Israeli response. All neighboring countries -- Egypt, Jordan, Syria and Lebanon, prior to the collapses of central authority -- understood this and shaped their behavior in view of it. Even when Egypt and Syria initiated war in 1973, it was with an understanding that their war aims had to be limited, that they had to accept the probability of defeat and had to focus on postwar political maneuvers rather than on expectations of victory.

The Egyptians withdrew from conflict and accepted the Sinai as a buffer zone, largely because 1973 convinced them that continued conflict was futile. Jordan, since 1970, has been effectively under the protection of Israel against threats from Syria and internal dangers as well. Syria has not directly challenged the Israelis since 1973, preferring indirect challenges and, not infrequently, accommodation with Israel. The idea of Israel as a regional superpower has been the defining principle.

In this conflict, what Hezbollah has achieved is not so much a defeat of Israel as a demonstration that destruction in detail is not an inevitable outcome of challenging Israel. Hezbollah has showed that it is possible to fight to a point that Israel prefers a cease-fire and political settlement to a military victory followed by political accommodation. Israel might not have lost any particular battle, and a careful analysis of the outcome could prove its course to be reasonable. But the loss of the sense -- and historical reality -- of the inevitability of Israeli military victory is a far more profound defeat for Israel, as this clears the way for other regional powers to recalculate risks.

Hezbollah's Preparations

Hezbollah meticulously prepared for the war by analyzing Israeli strengths and weaknesses. Israel is casualty-averse by dint of demographics. It therefore resorts to force multipliers such as air power and armor, combined with excellent reconnaissance and tactical intelligence. Israel uses mobility to cut lines of supply and air power to shatter centralized command-and-control, leaving enemy forces disorganized, unbalanced and unsupplied.

Hezbollah sought to deny Israel its major advantages. The group created a network of fortifications in southern Lebanon that did not require its fighters to maneuver and expose themselves to Israeli air power. Hezbollah stocked those bunkers so fighters could conduct extended combat without the need for resupply. It devolved command to the unit level, making it impossible for a decapitation strike by Israel to affect the battlefield. It worked in such a way that, while the general idea of the defense architecture was understood by Israeli military intelligence, the kind of detailed intelligence used -- for example, in 1967 -- was denied the Israelis. Hezbollah acquired anti-tank weapons from Syria and Iran that prevented Israeli armor from operating without prior infantry clearing of anti-tank teams. And by doing that, the group forced the Israelis to accept casualties in excess of what could, apparently, be tolerated. In short, it forced the Israelis to fight Hezbollah's type of war, rather than the other way around.

Hezbollah then initiated war at the time and place of its choosing. There has been speculation that Israel planned for such a war. That might be the case, but it is self-evident that, if the Israelis wanted this war, they were not expecting it when it happened. The opening of the war was not marked by the capture of two Israeli soldiers. Rather, it was the persistent and intense bombardment of Israel with missiles -- including attacks against Israel's third-largest city, Haifa -- that compelled the Israelis to fight at a moment when they obviously were unprepared for war, and could not clearly decide either their war aims or strategy. In short, Hezbollah applied a model that was supposed to be Israel's forte: The group prepared meticulously for a war and launched it when the enemy was unprepared for it.

Hezbollah went on the strategic offensive and tactical defensive. It created a situation in which Israeli forces had to move to the operational and tactical offensive at the moment of Hezbollah's highest level of preparedness. Israel could not decline combat, because of the rocket attacks against Haifa, nor was it really ready for war -- particularly psychologically. The Israelis fought when Hezbollah chose and where Hezbollah chose. Their goals were complex, where Hezbollah's were simple. Israel wanted to stop the rockets, break Hezbollah, suffer minimal casualties and maintain its image as an irresistible military force. Hezbollah merely wanted to survive the Israeli attack. The very complexity of Israel's war aims, hastily crafted as they were, represented a failure point.

The Foundations of Israeli Strategy

It is important to think through the reasoning that led to Israeli operations. Israel's actions were based on a principle promulgated by Ariel Sharon at the time of his leadership. Sharon argued that Israel must erect a wall between Israelis and Arabs. His reasoning stemmed from circumstances he faced during Israel's occupation of Lebanon: Counterinsurgency operations impose an unnecessary and unbearable cost in the long run, particularly when designed to protect peripheral interests. The losses may be small in number but, over the long term, they pose severe operational and morale challenges to the occupying force. Therefore, for Sharon, the withdrawal from Lebanon in the 1980s created a paradigm. Israel needed a national security policy that avoided the burden of counterinsurgency operations without first requiring a political settlement. In other words, Israel needed to end counterinsurgency operations by unilaterally ending the occupation and erecting a barrier between Israel and hostile populations.

The important concept in Sharon's thinking was not the notion of impenetrable borders. Rather, the important concept was the idea that Israel could not tolerate counterinsurgency operations because it could not tolerate casualties. Sharon certainly did not mean or think that Israel could not tolerate casualties in the event of a total conventional war, as in 1967 or 1973. There, extreme casualties were both tolerable and required. What he meant was that Israel could tolerate any level of casualties in a war of national survival but, paradoxically, could not tolerate low-level casualties in extended wars that did not directly involve Israel's survival.

Israeli Prime Minister Ehud Olmert was Sharon's protege. Olmert was struggling with the process of disengagement in Gaza and looking toward the same in the West Bank. Lebanon, where Israel learned the costs of long-term occupation, was the last place he wanted to return to in July 2006. In his view, any operation in Lebanon would be tantamount to a return to counterinsurgency warfare and occupation. He did not recognize early on that Hezbollah was not fighting an insurgency, but rather a conventional war of fixed fortifications.

Olmert did a rational cost-benefit analysis. First, if the principle of the Gaza withdrawal was to be followed, the last place the Israelis wanted to be was in Lebanon. Second, though he recognized that the rocket attacks were intolerable in principle, he also knew that, in point of fact, they were relatively ineffective. The number of casualties they were causing, or were likely to cause, would be much lower than those that would be incurred with an invasion and occupation of Lebanon. Olmert, therefore, sought a low-cost solution to the problem of Hezbollah.

IDF Chief of Staff Lt. Gen. Dan Halutz offered an attractive alternative. Advocating what air force officers have advocated since the 1930s, Halutz launched an air campaign designed to destroy Hezbollah. It certainly hurt Hezbollah badly, particularly outside of southern Lebanon, where longer-range rocket launchers were located. However, in the immediate battlefield, limited tactical intelligence and the construction of the bunkers appear to have blunted the air attack. As Israeli troops moved forward across the border, they encountered a well-prepared enemy that undoubtedly was weakened but was not destroyed by the air campaign.

At this point, Olmert had a strategic choice to make. He could mount a multi-divisional invasion of Lebanon, absorb large numbers of casualties and risk being entangled in a new counterinsurgency operation, or he could seek a political settlement. He chose a compromise. After appearing to hesitate, he launched an invasion that seemed to bypass critical Hezbollah positions (isolating them), destroying other positions and then opting for a cease-fire that would transfer responsibility for security to the Lebanese army and a foreign peacekeeping force.

Viewed strictly from the standpoint of cost-benefit analysis, Olmert was probably right. Except that Hezbollah's threat to Israel proper had to be eliminated, Israel had no interests in Lebanon. The cost of destroying Hezbollah's military capability would have been extremely high, since it involved moving into the Bekaa Valley and toward Beirut -- let alone close-quarters infantry combat in the south. And even then, over time, Hezbollah would recover. Since the threat could be eliminated only at a high cost and only for a certain period of time, the casualties required made no sense.

This analysis, however, excluded the political and psychological consequences of leaving an enemy army undefeated on the battlefield. Again, do not overrate what Hezbollah did: The group did not conduct offensive operations; it was not able to conduct maneuver combat; it did not challenge the Israeli air force in the air. All it did was survive and, at the end of the war, retain its ability to threaten Israel with such casualties that Israel declined extended combat. Hezbollah did not defeat Israel on the battlefield. The group merely prevented Israel from defeating it. And that outcome marks a political and psychological triumph for Hezbollah and a massive defeat for Israel.

Implications for the Region

Hezbollah has demonstrated that total Arab defeat is not inevitable -- and with this demonstration, Israel has lost its tremendous psychological advantage. If an operational and tactical defensive need not end in defeat, then there is no reason to assume that, at some point, an Arab offensive operation need not end in defeat. And if the outcome can be a stalemate, there is no reason to assume that it cannot be a victory. If all things are possible, then taking risks against Israel becomes rational.

The outcome of this war creates two political crises.

In Israel, Olmert's decisions will come under serious attack. However correct his cost-benefit analysis might have been, he will be attacked over the political and psychological outcome. The entire legacy of Ariel Sharon -- the doctrine of disengagement -- will now come under attack. If Israel is thrown into political turmoil and indecision, the outcome on the battlefield will have been compounded politically.

There is now also a crisis in Lebanon and in the Muslim world. In Lebanon, Hezbollah has emerged as a massive political force. Even in the multi-confessional society, Hezbollah will be a decisive factor. Syria, marginalized in the region for quite a while, becomes more viable as Hezbollah's patron. Meanwhile, countries like Jordan and Egypt must reexamine their own assumptions about Israel. And in the larger Muslim world, Hezbollah's victory represents a victory for Iran and the Shia. Hezbollah, a Shiite force, has done what others could not do. This will profoundly effect the Shiite position in Iraq -- where the Shia, having first experienced the limits of American power, are now seeing the expanding boundaries of Iranian power.

We would expect Hezbollah, Syria and Iran to move rapidly to exploit what advantage this has given them, before it dissipates. This will increase pressures not only for Israel, but also for the United States, which is engaged in combat operations in Iraq and Afghanistan, as well as in a vague confrontation with Iran. For the Israelis and the Americans, restabilizing their interests will be difficult.

Now, some would argue that Israel's possession of weapons of mass destruction negates the consequences of regional perception of weakness. That might be the case, but the fact is that Israel's possession of such weapons did not prevent attacks in 1973, nor were those weapons usable in this case. Consider the distances involved: Israeli forces have been fighting 10 miles from the border. And if Damascus were to be struck with the wind blowing the wrong way, northern Israel would be fried as well. Israel could undertake a nuclear strike against Iran, but the threat posed by Iran is indirect -- since it is far away -- and would not determine the outcome of any regional encounter. Certainly, the possession of nuclear weapons provides Israel a final line from which to threaten enemies -- but by the time that became necessary, the issue already would have shifted massively against Israel. Nuclear weapons have not been used since World War II -- in spite of many apparent opportunities to do so -- because, as a weapon, the utility is more apparent than real. Possession of nuclear weapons can help guarantee regime survival, but not, by itself, military success.

As it stands, logic holds that, given the tenuous nature of the cease-fire, casus belli on Israel's part can be found and the war reinitiated. Given the mood in Israel, logic would dictate the fall of Olmert, his replacement by a war coalition and an attempt to change the outcome. But logic has not applied to Israeli thinking during this war. We have been consistently surprised by the choices Israel has made, and it is not clear whether this is simply Olmert's problem or one that has become embedded in Israel.

What is clear is that, if the current outcome stands, it will mean there has been a tremendous earthquake in the Middle East. It is cheap and easy to talk about historic events. But when a reality that has dominated a region for 58 years is shattered, it is historic. Perhaps this paves the way to new wars. Perhaps Olmert's restraint opens the door for some sort of stable peace. But from where we sit, he was sufficiently aggressive to increase hostility toward Israel without being sufficiently decisive to achieve a desired military outcome.

Hezbollah and Iran hoped for this outcome, though they did not really expect it. They got it. The question on the table now is what they will do with it.

Send questions or comments on this article to analysis@stratfor.com.

Was this forwarded to you? Sign up to start receiving your own copy – it’s always thought-provoking, insightful and free.

Go to https://www.stratfor.com/subscriptions/free-weekly-intelligence-reports.php to register

dinsdag, augustus 15, 2006

Links naar interessante artikelen

Bij deze een overzicht van wat artikelen die ik de afgelopen dagen ben tegengekomen op Internet. Aanvullingen stel ik zeer op prijs!

http://www.counterpunch.com/ Een Amerikaanse site met boeiende artikelen zoals:

http://www.counterpunch.com/bricmont08122006.html, over de Israëlische lobby en de haat tegenover Israël, lees ook http://www.haaretz.com/hasen/spages/750505.html voor een andere kijk.
http://www.counterpunch.com/kelly08142006.html
http://www.counterpunch.com/whitney08142006.html

The Atlantic Online, ook interessante artikelen zoals:
http://www.theatlantic.com/doc/print/200505/schwarz

Salon.com, met bijvoorbeeld:
http://www.salon.com/opinion/feature/2006/07/25/israeli_opinion/index_np.html

Een kijkje achter de schermen hoe Amerika Israël heeft gesteund tijdens deze oorlog:
http://www.newyorker.com/fact/content/articles/060821fa_fact

Vrede?

Vandaag is een nationale feestdag, Maria-Hemelvaart. Hopelijk vertaal ik dit goed, het is een rooms-katholiek feest en ik ben gereformeerd opgevoed. Met Brigitte, Janine en de hulp vanochtend naar de kerk geweest. Dat was niet onze gewone kerk, maar de Heilige Maria Kerk in Qartaba. Normaal een kerk die matig wordt bezocht, maar nu met Maria-Hemelvaart stampvol zat voor de speciale kerkdienst. Veel mensen hadden maandag vrijgenomen en waren gebleven in Qartaba, speciaal voor deze dag.

De priester sprak, net als iedereen, over het vredesbestand en maakte de opmerking dat alleen God werkelijk vrede kan brengen. Een waar woord in deze regio, helaas. Waarom is het toch dat vrede zo vaak slechts het bijproduct is van het eigen gelijk? Zowel Israël als Hezbollah claimen de victorie en lijken haast dronken van hun morele overwinningsroes.

Mocht straks één der partijen de wapenstilstand doorbreken, zal het omgekeerd gaan. Dan zal er niet meer worden gewezen naar zichzelf, maar naar de ander. De hogeschool van de diplomatie bestaat maar al te vaak uit het zo hard mogelijk “Hij begon!” roepen en hopen dat genoeg anderen je mening delen.

Hoe nu verder? Dat is onduidelijk. Iedereen hoopt natuurlijk dat het vredesbestand houdt. Ook mag je hopen dat de vele Libanese doden het Soweto van Israël zullen worden, zoals de Noorse schrijver Jostein Gaarder (die als Unifil soldaat in Libanon was) opmerkt: een punt waarop de wereld “Genoeg!” zal zeggen, net zoals men dat indertijd tegen Zuid-Afrika zei. Het Israël van nu, gebaseerd op apartheid en vervult van blinde haat, heeft geen bestaansrecht meer.

Tja, de reactie van het Simon Wiesenthal centrum was voorspelbaar simpel en deed Gaarder af als een antisemiet, het standaardantwoord voor iedereen die zich afvraagt waarom Israël zoveel kinderen en moeders heeft vermoord.

De leider van Hezbollah heeft in een televisietoespraak aangekondigd dat hij iedereen schadeloos zal stellen door alle huizen te repareren. En mochten mensen niet naar hun huis terugkunnen omdat Israël dit heeft gebombardeerd, dan betaalt Hezbollah een jaar lang de huur voor vervangende woonruimte.

Maar ook heeft hij gezegd dat het nog te vroeg is voor Hezbollah om haar wapens op te geven. “Te vroeg voor wat?”, zo vragen veel Libanezen zich af. Het moment van de waarheid voor Iran wellicht? Eind augustus immers verloopt het ultimatum ten aanzien van de stopzetting van haar nucleaire programma’s. En zo hangt alles met alles samen.

maandag, augustus 14, 2006

Tafeltje-dek-je in het zuiden

Vandaag weer in Beiroet geweest. Brigitte had een vergadering met vertegenwoordigers van Unicef om een project op te zetten voor de vluchtelingen die met psychische problemen zitten. Alleen, er is nu één probleem: er zijn geen vluchtelingen meer. Beiroet stroomt leeg omdat de meeste vluchtelingen terug gaan naar hun huizen in het zuiden van Libanon.

De hulporganisaties hebben opgeroepen om dit vooral niet te doen. Immers, er is geen schoon drinkwater en nauwelijks voedsel in delen van het zuiden. Teruggaan naar je huis, zo wordt gedacht, is om deze redenen onverstandig. Ook zullen de NGO’s zich liever niet zien als een cateringbedrijf dat tafeltje-dek-je maaltijden bezorgt overal in het zuiden.

Door de vele opgeblazen wegen is het erg moeilijk om de basishulp te verlenen in alle dorpen in het zuiden en men vreest dat de mensen die nu terug gaan naar huis, hierdoor wel eens nog meer in de problemen zouden kunnen komen. Mochten de vijandigheden worden hervat, dan is de humanitaire hulpverlening helemaal lastig. Je hoort de westerse hulpverlener denken: “Waarom blijven ze niet gewoon in Beiroet waar ze veilig zijn en voldoende voedsel, water en medicijnen kunnen krijgen?”

Op zich een volkomen logische en verstandige gedachte. Immers, om jezelf maar ook je gezin in gevaar te brengen door Beiroet te verlaten en de vaak lange tocht naar je huis te ondernemen, dat zal iedereen met een beetje verstand je afraden. Het is nog maar de vraag of je huis er nog is, dus dat is nog een extra risico: aankomen in je woonplaats en geen huis meer hebben.

Dit soort logische, westerse gedachten spelen echter vrijwel geen rol in de beslissing van vele vluchtelingen weer terug te keren naar hun geboorteplaats. Zelf begrijp ik het ook niet, dus Brigitte om raad gevraagd. Wat blijkt? Het is de Arabische trots die mensen dwingt om zo min mogelijk op hulp aangewezen te zijn. Combineer dit met een zeer sterke, zeg maar gerust fysieke liefde voor de eigen geboortegrond, en het resultaat is dat mensen de tijdelijke opvang in Beiroet zo snel mogelijk willen omruilen voor hun eigen land.

Met of zonder huis, dat maakt niet uit. Drinkwater of voedsel? Allah zal ons geven wat we nodig hebben. Weer op je eigen land te zijn, is het allerbelangrijkste. Veel liever slapen onder de blote hemel naast de ruïnes van je kapotgeschoten huis, dan in een goedverzorgde tent ergens in Beiroet.

Ik, en waarschijnlijk vele Nederlanders met mij, begrijp dit niet; zal dit ook nooit begrijpen. Verstandelijk kun je er wel bij zoals je een natuurkundige formule uit je hoofd kunt leren, emotioneel echter blijft het ondoorgrondelijk. Maar ja, onze binding met een gazonnetje in een Vinex wijk is ontelbaar minder dan de binding van een Libanees met zijn geboortegrond, zijn familiegrond, zijn identiteit.

Hoe sterk dit gevoel ontwikkeld is, blijkt wel uit het feit dat Libanezen op basis van de achternaam vaak al weten waar iemand vandaan komt. Bij grote families zijn er meerdere opties, dus dan wordt vaak even doorgevraagd: ben je van deze streek of die streek? Het “vandaan komen” moet je overigens niet letterlijk nemen. Zo is Brigitte opgegroeid in Hamra, Beiroet, maar ze komt uit Qartaba.

Tijdens verkiezingen bijvoorbeeld, stemmen de Libanezen in hun familiedorp. Op verkiezingsdag is het dan ook erg druk op de weg: iedereen is onderweg naar hun dorp van herkomst. Je krijgt daar echt een Jozef en Maria gevoel bij, die immers onderweg moesten naar Bethlehem voor een volkstelling.

Je wordt ook altijd begraven in je familiedorp, in het familiegraf. Het maakt niet uit waarheen je bent uitgezworven, vroeger of laat is het familiedorp, je familiegrond, het punt waar je weer thuis komt. Dat geeft een binding met de geschiedenis, een continuïteit om jaloers op te worden.

Het gevolg is een massale uittocht naar het zuiden van vluchtelingen die weer terug naar huis gaan. “Tjonge jonge, erg onverstandig”, zal de westerling hoofdschuddend zeggen. Maar wie is er zo dom om te luisteren naar mensen die hun wortels al eeuwen geleden zijn kwijtgeraakt?

Grappen in oorlogstijd

Gisteren las ik op de blog van Harald Doornbosch dat de eerste grappen zijn gesignaleerd. Yep, hieronder staan er nog meer. (Had ze willen posten als reactie op zijn blog, maar vreemd genoeg krijg ik alleen een lege pagina te zien). Ze zijn niet echt leuk en vaak behoorlijk racistisch, dus ik plaats ze alleen om een beeld te geven van de grappen die nu rond gaan en niet om lollig te zijn.

Waarom zijn Sjiieten zo slim? Omdat de dag en nacht in school zijn (referentie naar de opvang van sjiietische vluchtelingen in schoolgebouwen)

Waarom houden Sjiietische vrouwen zo van Olmert? Omdat hij hun 20 jaar jonger maakt. (referentie naar de opmerking van Israël dat ze de klok 20 jaar gaan terugzetten in Libanon)

Man bij de tandarts: "Vlug, verwijder mijn brug anders wordt die ook nog gebombardeerd!"

Het kan nog altijd erger. Hieronder een grap die in Irak de ronde doet:
Bandje bij geen verbinding met telefoon: "De persoon die u probeert te bereiken is doodgeschoten danwel ontvoerd. Probeert u het later nog eens."

zondag, augustus 13, 2006

Voorproefje van vrede

Gisteravond zijn Brigitte en ik voor het eerst sinds het begin van de oorlog weer een avondje uit geweest. De mogelijkheden daartoe beperken zich tot twee cafés in het centrum van Qartaba en een cafeetje dat vrij afgelegen ligt. Het centrum is erg druk met mensen, zeker op zaterdagavond, dus we gingen samen met een goede vriendin naar het afgelegen café.

Nu ja, café was al te veel gezegd. Het was een betonnen terras met plastic stoeltjes. Erg simpel en door de hevige mist was er van het uitzicht ook al niets te beleven. Toch, eerlijk is eerlijk, het was de leukste avond uit sinds een maand! Ook al omdat het de enige avond uit was, maar dan nog:-) Ondanks de gebrekkige sfeer (harde energiespaarlampen die zonder lampenkap waren opgehangen, muziek die half vervormd door oude speakers klonk), was het juist wel erg gezellig. We hadden alle drie overduidelijk behoefte aan een normaal avondje uit, iets wat er met de spanning van de oorlog nog niet van was gekomen.

Al met al is wordt dit een goedkope zomer voor ons voor wat betreft de kosten van uitgaan. Normaal zouden we anders tenminste 2, 3 of vaker per week uit eten gaan. In de zomer komen veel Libanezen terug naar Libanon voor familiebezoek. Veel van onze vrienden bellen dan op om uit eten te gaan. En ja, vaak nodigen wij ze dan uit omdat ze omgekeerd ons uitnodigen als wij in Amerika zijn. Een gemiddelde maaltijd in een goed restaurant in Libanon komt neer op zo’n 25 USD per persoon, inclusief drank (tenzij je dure wijn gaat bestellen). Dat is beduidend goedkoper dan Nederland, waar je het veelvoudige kwijtbent voor een kwalitatief hoogstaand restaurant, maar toch, het tikt wel aan. Ergens maar goed uit, zo sparen we een beetje voor de verbouwing van ons nieuwe appartement.

Bij aankomst waren wij de enige gasten in het restaurantje maar dat gaf niet. We bestelden een biertje en waterpijp. Het duurde vrij lang voordat onze bestelling was verwerkt, dus dat gaf hilariteit toen onze vriendin goedmoedig tegen de gastheer opmerkte dat ze wel begreep dat het even duurde: help de andere gasten maar eerst! De eigenaar en zijn vrouw konden er hartelijk om lachen en kwamen er ook even bijzitten. De waterpijp was werkelijk uitstekend, erg lekker en niet te sterk. Ook de nootjes die werden geserveerd bij de drankjes waren zeer royaal. In Beiroet krijg je een klein schaaltje nootjes en vaak ook wat reepjes worteltjes, maar alles meestal mondjesmaat.

Niet in Qartaba: hier kregen we drie grote schalen met reguliere pindanootjes, eveneens drie schalen met pistachenootjes en nog drie schalen met termoes. Ik weet de Nederlandse vertaling niet, maar het lijkt nog het meeste op een kruising tussen kikkererwten en maïskorrels. Erg lekker met een beetje zout. Brigitte bestelde een Mexicaans biertje: een gewoon biertje maar dan met een flinke scheut citroensap onderin en de rand van het glas is in zout en citroensliertjes gedompeld, dat er net als bij Tequila aan blijft kleven. Op zich lekker verfrissend, maar je moet wel uitkijken hoeveel citroensap men in het glas doet. Het is me eens overkomen dat zo ongeveer de helft van mijn biertje uit vers geperst citroensap bestond en dan trekt je mond goed samen!

De cafébaas had echter de zaken prima voor elkaar en wist precies de juiste mix te vinden. Opvallend toch wel de royale porties nootjes en termoes. Het lijkt wel een universele waarheid te zijn dat de restaurants op het platteland en ver weg van de “grote stad” royaler zijn. Zo krijg je in Nederland de grootste porties friet vaak in een afgelegen gehucht en zijn daar de boerenomeletten het rijkst gevuld.

Ook een verschil tussen de restaurants in Beiroet in deze in Qartaba was de bediening. In Beiroet wordt je nerveus van de hoeveelheid obers die om je heen cirkelen. Zodra je ook maar een pindadopje in de asbak legt, stormt er al een bediende op de tafel af om de asbak om te wisselen voor een lege. Erg vriendelijk bedoeld natuurlijk, maar ik wordt er altijd een beetje zenuwachtig van. Gelukkig is men in Qartaba nog niet zo ver ontwikkeld en wat een verademing! Aan het einde van de avond puilde de asbak uit met de restanten van de pistachenootjes en de schillen van de termoes.

Opeens vroeg onze vriendin wat ik nou het meeste mis van Nederland. Dat was nog een lastige vraag. Natuurlijk mis je heel veel, maar het meeste van dit gemis is moeilijk uit te leggen. Hoe leg je uit dat het direct drinken uit de waterkraan mist? Hier kan dat niet, het drinkwater komt altijd uit een fles, terwijl je in Nederland gewoon een glas leidingwater kunt drinken. Of dat je de geur mist van het bos na een flinke regenbui in de zomer? Het regent hier de hele zomer niet. Mensen laten hun terrasstoelen met zittingen en ook bijvoorbeeld radio’s gewoon buiten staan, je hoeft je geen zorgen te maken over een nachtelijke bui of morgendauw.

En hoe uit te leggen dat je het “rijke” gevoel van Nederland mist. Een journaaluitzending waarin men live de hele wereld overgaat, met correspondenten die zich overal bevinden. Of een weg waarvan alle lampen branden. Een prullenbak midden op de hei die keurig netjes is geleegd?

Al die zaken kent men niet in Libanon. De gemiddelde Libanees zal dan ook niet begrijpen dat ik dingen mis die men zich niet kan voorstellen. Dus geef je maar het standaardantwoord dat je vooral je familie en vrienden mist. Daar kan elke Libanees zich van alles bij voorstellen omdat de familiebanden zeer sterk ontwikkelt zijn. Voor de duidelijkheid: ik mis ook mijn familie en we hadden heel erg uitgekeken naar ons bezoek in Nederland dat nu zou hebben plaatsgevonden. Het is bijzonder jammer dat dit niet door kon gaan. Hopelijk halen we met Kerstmis de schade in.

Toen de avond al flink gevorderd was, kwam er een groep van al snel 15 jongelui. Dat gaf wat leven in de brouwerij: de muziek werd flink hard gezet en ze begonnen wat te dansen. Het leek alsof ze, wanhopig haast, probeerden te doen alsof er geen oorlog was. De meisjes waren op hun mooist opgedoft, de jongens liepen er zo nonchalant mogelijk bij. Je kunt je de taferelen voorstellen tussen moeders en dochters: “Waarom neem je die uitgaanskleren mee? Pak toch praktische kleren in, het kan koud zijn in de bergen en deze blouse houdt je zeker niet warm!”. Het leek haast Monot wel, de uitgaanswijk van Beiroet waar jong & hip zich wekelijks uitleeft in dancings en bars.

Waarschijnlijk zaten ze hier ook maar in Qartaba omdat hun ouders een huis hebben in het dorp. Vanzelfsprekend waren ze uitermate blasé want wat een waardeloos café was dit vergeleken met die in Beiroet en als je 17 bent is alles per definitie ouderwets en truttig, maar toch toen het dansen eenmaal begon, deed al snel iedereen mee. “Some dance to remember, some dance to forget”. Arabische muziek, vrienden, dansen en eten, zeg daar maar eens nee tegen. Even, al was het maar voor één dans, de oorlog vergeten, de TV-beelden uit je gedachten zetten en je hoofd te vullen met muziek, muziek, muziek…

Hoewel we zelf niet meedansten, voelde het goed om weer even in een uitgaansstemming te zijn. Hopen maar dat de aangekondigde wapenstilstand inderdaad iets voorstelt en dat de vrede daarmee dichterbij komt. We hebben geen zin om nog eens 30 dagen te wachten voor ons volgend avondje uit en de avant-goût van vanavond smaakte naar meer.